Jan Put geniet van zijn vrije leven

Hoeveel afgestudeerden van de middelbare school hebben uit handen van Jan Put hun diploma gekregen? Het moeten er duizenden zijn. Want de 64-jarige Hengeveldenaar is liefst 23 jaar rector geweest, eerst van de Grundel in Hengelo en de laatste zeven jaar van Het Marianum in Lichtenvoorde/Groenlo. Op 1 april ging Jan met levensloopverlof, een overgangssituatie naar het pensioen. Sindsdien is hij thuis aan de Markesingel, dat wil zeggen als hij niet op pad is voor een van zijn veelzijdige werkzaamheden als vrijwilliger. Jan: ‘Ik heb nu een vrijere agenda en ik probeer daarin een goed evenwicht te vinden.’


April 2017. Jan poseert met zijn vrouw Ria en met zoon Kasper en diens vriendin Anna tgv zijn afscheid van de Carmel. 

 

EEN GOED MOMENT

 

Dat Jan Put niet doorging tot zijn 66ste had alles te maken met de broze gezondheid van zijn vrouw Ria. ‘We hebben samen de afweging gemaakt. Ik heb mijn afscheid op het Marianum gekoppeld aan het tot stand brengen en opleveren van de nieuwbouw van de school in Groenlo. Het was een goed moment om te stoppen en daardoor meer bij Ria te kunnen zijn en ook om andere dingen te gaan doen’, vertelt Jan. ‘We nemen de tijd om samen te fietsen, te wandelen en korte vakanties te nemen. Of we gaan naar een museum of bezoeken Europese steden. Allemaal mogelijkheden waar Ik nu de tijd voor heb.’

MONUMENTENRAAD
Naast het maken van uitstapjes van allerhande soort heeft Jan enkele bestuursfuncties die ook de nodige aandacht vragen. Hij is voorzitter van de Monumentenraad Gemeente Haaksbergen. ‘Dat is een mooie klus. We hebben een aantal vernieuwingen ingevoerd in het monumentenbeleid. Samen hebben we het beleid van de grond getild. Het is een adviesorgaan dat aanbevelingen kan doen bij het college van B&W. Dit ter bescherming van waardevol plaatselijk cultureel erfgoed. Ik ben acht jaar geleden weer teruggekomen in dit bestuur. We organiseren onder andere de monumentendagen.’

<<Oktober 2015. Jan geniet van een roofvogelshow tijdens een ontmoeting met de Twentse rectoren.

Per 1 januari wordt Jan lid van het kerkbestuur van de Heilige Geest parochie en verder zit hij in het bestuur van het Twents Jeugd Symphonie Orkest in Hengelo en is hij voorzitter van de Raad van Toezicht van de Dr. Schaepman Stichting, waar de Hengelose basisscholen onder vallen. ‘In de politiek? Het zou wel bij me passen’, zegt hij, ‘maar ik maak andere keuzes.’
Al met al zal de voormalige schoolleider geen moeite hebben met de vrije tijd die hij sinds 1 april volop tot zijn beschikking heeft.

LOOPBAAN
Jan Put is op 26 september 1953 geboren in Haaksbergen, in het centrum aan de Wolkammerstraat. Na hem volgden nog acht kinderen. Zijn broer Gerrit die ook bekend is in Hengevelde, was de tweede van het gezin. Hij bezocht de RK Jongensschool Sint Pancratius en fietste daarna dagelijks van Haaksbergen om op het Lyceum De Grundel in Hengelo het gymnasium te volgen, iets wat destijds tamelijk bijzonder was, omdat de meeste klasgenoten van de lagere school naar de ULO of LTS gingen. Jan doorliep het gymnasium met goed gevolg en begon vervolgens aan de studie geschiedenis aan de katholieke universiteit van Nijmegen. Hij werd historicus. In 1978 werd hij leraar geschiedenis aam het Twickel College in Hengelo en keerde twee jaar later terug naar zijn oude school De Grundel. Daar zou hij tot 2009 blijven. In 1988 nam hij plaats in de schoolleiding, in 1994 werd hij benoemd tot rector. Een groot aantal katholieke vervolgscholen in Hengelo waren gefuseerd tot twee grote scholengemeenschappen, Grundel en Twickel. Een van de uitkomsten was de benoeming van Jan tot eerste man van de Grundel. Om de korte biografie af te maken. In 2009 besloot Jan om niet zijn hele leven op de Grundel te willen blijven en solliciteerde hij met succes naar de functie van rector op het Marianum in Lichtenvoorde/Groenlo.

Je bent in 1983 in Hengevelde gaan wonen. Waarom daar?
Jan: ‘Ik was op 16 oktober 1981 getrouwd met Ria ter Braak uit Lochuizen. We gingen wonen op de boerderij van Ria’s buren. Maar we wilden ergens tussen Neede en Hengelo een eigen huis kopen. Dat werd dus dit huis aan de Markesingel in Hengevelde. We kochten het in 1983. Het was een bestaand huis. Het stond te koop. Het was toeval dat we daar terecht kwamen. We wonen er nog altijd met plezier.’

Je werd geschiedenisleraar, maar na een paar jaar schoof je door naar de leiding van de Grundel. Lagen daar wat meer jouw ambities?
‘Ja, ik solliciteerde in 1988 naar de functie van conrector. Daarbij moest je kandidatuur gedragen worden door het personeel van de school. Er werd gestemd en ik werd gekozen. Ik gaf nog wel een paar lessen, maar dat aantal werd steeds minder. Er was veel te doen in het middelbaar onderwijs. De leiding van zo’n grote school kostte veel tijd. In 1994 werd ik rector. Dat gebeurde in een proces van fusies waarin het onderwijs geherclusterd werd.’


Carnaval 2016. Jan Put proost met collega's van het Marianum bij het Frühshoppen in Beltrum met oa zijn collega Sander Esselink als Prins Carnaval.

Mooie job?
‘Ik vond het prachtig om te doen. Het is een veelzijdige baan. Je probeert alle betrokken op een goeie manier met elkaar te verbinden en je wilt daarbij zelf ook een verbindende figuur zijn. Dat was mijn ambitie. Ik wilde die scholen vooruit brengen. Het was een prachtige baan.’

Waarom heb je na de universiteit gekozen voor het leraarschap?
‘Ongeveer vijftig procent van de geschiedenisstudenten worden leraar. Ik wist al in de vierde klas van de lagere school dat ik dat wilde. Ik ben het uit overtuiging geworden. Ik wilde de geschiedenis graag overdragen aan jongeren. Om wetenschapper te zijn op een studeerkamertje was geen optie voor mij. Nog altijd is geschiedenis de rode draad in mijn leven. Ook in sommige hobby’s van mij. Ik trok het door naar kunst en cultuur. Bezig zijn in een combinatie van cultuur en geschiedenis, dat trok me.’

In welke functies kwam dat samen?
‘Ik ben destijds tien jaar voorzitter geweest van de schouwburg in Hengelo, was vier jaar voorzitter van de monumentenraad Haaksbergen waarin ik acht jaar geleden opnieuw toegetreden ben en van 1998 tot 2008 was ik lid van het kerkbestuur waarbij we bijvoorbeeld de samenwerking met andere parochies vorm hebben gegeven. Op 1 januari word ik weer lid van het kerkbestuur, maar dat is intussen een ander verhaal geworden, omdat de parochie van de H. Geest een stuk groter is door de samenvoeging van meerdere parochies. Ik heb er de tijd en ambitie voor om wat voor de kerk te betekenen. Verder noem ik graag de belangstelling die ik altijd heb gehad voor moderne architectuur.’

Je opa heeft daarin en belangrijke rol gespeeld. Hoe zit dat?
‘Toen ik een jaar of zeven, acht was, maakte ik op woensdagmiddag fietstochtjes met opa Put. Zwillbrock, Twickel, langs de kastelen in Diepenheim. Steeds vanuit Haakbergen. Daardoor is mijn interesse in de omgeving en in geschiedenis gegroeid. Ik kijk er met veel warmte op terug. Mijn opa had er de tijd voor en was nog heel vitaal. Daar had ik geluk mee.’

Je werkte op katholieke scholen, je zet je in voor de kerk. Ben je een overtuigd katholiek?
‘Ja, zo voel ik me. Ik heb op de Carmelscholen ook geprobeerd om de overdracht van de paters Karmelieten met zorg voort te zetten, om de lijnen te vinden om de scholen te leiden volgens hun christelijke grondslagen. Ik voel me daar nog steeds mee verbonden en weet ook dat het niet gemakkelijk is. De situatie is behoorlijk veranderd. Je hebt te maken met veel grotere parochies. Dat is heel anders dan toen. Ik zie wel hoe het gaat werken. Bestuursfuncties liggen me. Ik wil draagvlak vinden, maar dat het een grote opgave is, in deze tijden van ontkerkelijking weet ik zeker. De vraag is of we een revitalisering tot stand kunnen brengen.’

Heb je als rector van de Grundel veel bereikt?
‘Ja, dat denk ik wel. We hebben er in die tijd van de fusies een eenheid van kunnen maken. We hebben het zogenaamde Juniorcollege gerealiseerd, waar we alle jonge leerlingen plaatsten. Daarna gingen ze door naar het hoofdgebouw. Het was een succesvol concept. Tien jaar lang heeft het goed gefunctioneerd. Na 2005 ontstond sterk de roep om “verticale” scholen. Ook daar hebben we ons toen met succes op gericht. Zo stuur je je visie elke keer weer bij.’

Maart 2017 Lichtenvoorde. Jan met enkele leerlingen van het Marianum>>

Wat voor identiteit had de Grundel destijds?
‘We hebben veel tijd geïnvesteerd in de begeleiding van leerlingen met betrekking tot hun loopbaan op school en hun eigen toekomst. Daarvoor was het prachtig voor de katholieke bevolking dat de jeugd zich onder de hoede van de Karmelieten kon ontplooien. In mijn tijd bleef dat gewoon. Nog steeds laten de leerlingen van de Grundel zich graag inspireren door alles wat de Karmelieten achtergelaten hebben. Aandacht voor vorming met de brede ontwikkeling van de leerlingen als richtsnoer. Daar heb ik altijd voor gevochten. Dat ze goed voorbereid worden op de toekomst en op het leven. Ik heb altijd stand gehouden, ook al wilde de maatschappij met je afrekenen op basis van de resultaten. Aandacht voor heel de mens is ons devies.’

Waarom vertrok je in 2009 naar het Marianum in Lichtenvoorde-Groenlo?
‘Ik wilde niet tot mijn pensioen op dezelfde plek blijven. Ik zou het fijn vinden om nog eens op een andere school te kunnen werken. Ik heb gesolliciteerd en ben het geworden. Het Marianum is ook een Carmelschool waar ongeveer op dezelfde manier gewerkt wordt als op de Grundel. We hebben veel bereikt voor het profiel van de school, hadden een duidelijk verhaal naar de ouders en hebben geïnvesteerd in goede gebouwen. Renoveren, uitbreiden, vernieuwen. Recent nog in Groenlo.’


Was er toch nog wel verschil tussen de Grundel en het Marianum?
‘Ze staan beiden in het oosten van Nederland, maar de Grundel is een echte stadsschool. Negentig procent van de leerlingen komen uit Hengelo zelf. Dat merkte je aan de sfeer en bijvoorbeeld ook aan de betrokkenheid van de ouders. Het Twickel heeft veel leerlingen uit de buitenplaatsen. Dat is toch iets anders. In Hengelo staan vier middelbare scholen. En het Marianum is veel meer een plattelandsschool en is de enige in die regio. Dat zag je terug in de mentaliteit. Die is gelijkmatiger in de sociale differentiatie. Je moet je hoofd niet te ver boven het maaiveld uit steken. Die neiging hebben ze in de Achterhoek. Het verschil was groter dan ik had verwacht. De leerlingen van het Marianum lijken wat minder competitief dan die van de Grundel. De verbondenheid van de mensen uit Lichtenvoorde en Groenlo en ook van de omliggende kerkdorpen met de school is sterk. Dat allemaal maakt het tot een heel plezierige school om te werken.’

VERENIGINGSLEVEN
Jan Put deed per 1 april de schooldeur achter zich dicht en begon aan een nieuw leven. Hij wordt/blijft bestuurder van enkele organisaties en instellingen. Leiding geven zit in hem. ‘Ik denk dat het de behoefte is om zaken te sturen en te beïnvloeden samen met de mensen die er ook bij betrokken zijn. Mijn vader was ook actief in het Haaksbergse verenigingsleven. Het is een lijn in de familie, want onze zoon Kasper is ook weer actief in de samenleving. Het is de rode draad van iets te willen doen voor de gemeenschap.’

KASPER
Kasper is eerste kerstdag in 1988 geboren. Van jongs af was hij zeer geïnteresseerd in alles wat met auto’s te maken heeft. Daar begon een gezamenlijke hobby van vader en zoon. Al vroeg leerde Kasper karten en Jan ging dan met hem mee. Ook Jan en Arthur Schoneveld waren dikwijls van de partij. In het verlengde daarvan werden de jongens fan van Michael Schumacher. ‘Diverse keren hebben we races bezocht’, vertelt Jan, ‘in Silverstone, Spa-Francorchamps en Monaco. We volgden de races nauwgezet, zeker nu weer met Max Verstappen. Het is een gezamenlijke passie geworden.’


Augustus 2017. Jan en Kasper bezoeken samen met Anton en Pim ter Braak Het Formule-1 Circus in Spa-Francorchamps.

Kasper die intussen leraar is geworden aan het Twickel College, neemt in Hengevelde al jaren actief deel aan het dorpsleven. Als 28-jarige nam hij de omvangrijke functie van voorzitter van de Zomerfeesten op zijn schouders. Dat gebeurde ook nog eens vlak voor de viering van het 50-jarig bestaan. Vader Jan fronste zijn wenkbrauwen toen hij het hoorde. Even hield hij zijn hart vast, bekent hij. ‘Want het is een stevige verantwoordelijkheid. Maar ik ken hem en weet dat hij een goed verbindend vermogen heeft. Hij kan zaken heel goed afkaarten, hij kan keuzes maken. Ik heb er veel vertrouwen in en bovendien is Kasper goed ingebed in een club van mensen die de verantwoordelijkheden mede dragen.’

HENGEVELDE
In 1983 kwamen Jan en zijn vrouw Ria per toeval in Hengevelde terecht. En dat voelt nog altijd goed, zegt hij. ‘We spraken de taal, aanpassen ging snel. Hengevelde is een mooie mini-samenleving. We voelen ons thuis hier. Er is wat meer sociale controle, maar hinderlijk is dat niet. Er is hier veel diversiteit. Hengevelde wordt door alle generaties gedragen. De jongeren zijn ook actief en willen er blijven wonen om het dorp leefbaar te houden. De omvang van Hengevelde is net goed. Het is niet te klein. We hebben de benodigde voorzieningen en de betrokkenheid bij alles wat er zo gebeurt, is bij iedereen groot. Daarom leiden wij hier een prettig leven.’

Hieronder nog enkele foto's die genomen zijn tgv Jans afscheid van de Carmel-scholen in april van dit jaar.